Vanaf de dag dat ik mijn ouderlijk huis verruilde voor het hutje in het bos ontwikkelde ik mijn interesse en capaciteiten op het bovennatuurlijke vlak. Dat ging me zelfs vrij gemakkelijk af. De interesse was er sowieso al en het twijfelachtige talent openbaarde zich langzaam maar zeker van zelf. Ik schrok dan ook niet eens van al die ervaringen en had zelfs het gevoel dat het heel normaal was. Zo woonde ik dus in 1982 ineens naast een kerkhof. Iets wat me heel vroeger angst in zou hebben geboezemd, maar sinds een ontmoeting met mijn overleden oma in 1971, was die angst volledig weg. Ik was tien jaar oud toen ik ‘s nachts, omdat ik moest piesen, in de gang geconfronteerd werd met de bewegende klink van de voordeur. Ik deed open en daar stond ze: mijn oma! Door en door nat geregend, dus ik liet haar snel binnen. Dat ze twee maanden daarvoor overleden was, was van latere zorg, want zo zou ze nog een verkoudheid of zelfs een longontsteking oplopen. Ik moest nog steeds nodig plassen, dus aangezien ze niet meteen iets te melden had en me alleen maar aankeek met haar lieve, maar oh zo glazige ogen, ging ik snel naar het toilet. Toen ik terugkwam in de gang was ze echter verdwenen, terwijl ze altijd zo’n engelengeduld had gehad. Er lag alleen een klein goudkleurig kruisje, voor aan een ketting, op de natte plek in het tapijt. Ik pakte het op en voelde me plotseling geborgen en warm. Mijn ouders waren waarschijnlijk ergens wakker van geworden en kwamen naar beneden.
Ik was hartstikke enthousiast en vertelde over oma, maar mijn pa vond het een wel heel erg vervelend leugentje om bestwil. Ik wees nog naar de natte plek op de vloerbedekking waar ze had gestaan, maar hij was er slechts van overtuigd dat ik de wc niet had gehaald om mijn blaas te kunnen legen. Mijn moeder nam me meteen in bescherming en dan niet alleen zoals moeders dat altijd doen, maar op een manier waardoor ze de indruk gaf dat ze wist wat ik had meegemaakt. Ze zei echter niets, totdat ze me in bed stopte. “Heb je nog wat van haar gekregen?”, vroeg ze.
Ik liet haar het gouden kruisje zien en ze zei dat mijn oma vanaf nu voor altijd over me zou waken. Ik heb die nacht dan ook geslapen als een roos en wist het vanaf dat moment zeker: over de doden niets dan goeds!

Tot volgende week zondag!
Sebastiaan J. Bitterzoet

Lees hier deel 1 : https://cyniclowns.online/2024/05/12/de-eeuwige-moederband-is-er-meer-tussen-hemel-en-aarde/