“Zag ik dat goed? Zat daar iemand in een rolstoel, waarvan één wiel was weggezakt in de modder? Ik reed nog langzamer dan de toegestane dertig kilometer en keek eens beter. Ja hoor, een jonge scheefhangende vrouw, wiens gemoed er al net zo bij leek te hangen als zijzelf. Ik spiedde om me heen en werd onrustig, uiteindelijk zelfs pissig, omdat er niemand in de buurt was die haar kon helpen. Nu moest ik mijn auto wel uit, terwijl ik geheel onervaren was in de omgang met dit soort mensen. Ik was er zelfs een beetje bang voor. Ze stelde me echter al gauw op mijn gemak.
“Hoi stoere en sterke man, met je mooie groene auto”, zei ze.
Ik moest lachen, want dit was ongeveer mijn dertigste lelijke barrel, maar sterk was ik wel. “Hou je goed vast”, zei ik dan ook, toen ik achter haar ging staan en een krachtige ruk gaf aan de vastzittende rolstoel. In één beweging kwam de combinatie van stoel en bezitster weer aan het rollen en trok ik hem het asfalt op. Ze straalde van oor tot oor en kreeg hierdoor een mooi en lief gezicht. “Dankjewel Tarzan, wil je neuken?”
Een wat ongegeneerde, onverwachte en vooral directe vraag uit zo’n guitig snuitje. Ik stond er gewoon even sprakeloos van te kijken, maar dat duurde haar schijnbaar toch net iets te lang. “Ik mankeer verder niets,” zei ze, “dus je gaat me niet afwijzen of zelfs discrimineren. Ik heb gewoon zin in seks, maar geen enkel normaal mens zal mij daar ooit voor vragen, dus vraag ik het zelf. Daarnaast is het ook het enige dat ik je uit dank kan aanbieden, dus kom op en neem het er maar goed van. Ik heb me tenslotte niet voor niets in deze vieze blubber gewerkt.”
Waar was ik nu weer in terechtgekomen? Maar nog benieuwder was ik naar de afloop. “Kom maar eens mee”, zei ze en rolde haar stoel behendig naar een schutting. “Achter deze schutting kunnen we seks hebben en geen kip zal het zien.”
“In die stoel zeker”, zei ik en speelde het spelletje even mee.
“Nee hoor”, zei ze en sloeg de deken weg die tot dan toe over haar benen lag. Ik viel bijna achterover van verbazing. Naast het fatsoen ontbraken ook haar beide benen.
“Waarom denk je anders dat ik in een rolstoel zit?”, vroeg ze cynisch. “Met twee mooie benen had ik hier wel geil en sexy rondgelopen en vooral niet hoeven smeken. Ik ben hier op bezoek bij mijn zwakbegaafde zusje, maar mankeer zelf in principe niets”, ging ze verder. “Als jij me nu dus even optilt, ga ik aan de schutting hangen en kun jij gemakkelijk je goddelijke gang gaan. Je zult niet weten wat je overkomt.”
Ik keek rond, op zoek naar een verborgen camera, maar kon geen plek vinden waar die zich zou moeten bevinden, dus keerde mij weer naar haar toe. Ze had haar jas inmiddels uitgedaan en was bezig haar borsten te ontbloten. Daar was inderdaad niets mis mee.
“Alsjeblieft, hang me aan de schutting,” smeekte ze wederom, “ik heb hele sterke armen.”
Wat was dit een ongelofelijk bizarre situatie. Ik raapte haar deken en jas op en bedekte haar blote delen zo goed mogelijk, uiteraard onder luid en fysiek protest. Ze sloeg, krabde, schold en smeekte en smeet haar jas en deken weer op de grond. Hierdoor zag ik het ingenaaide labeltje aan de binnenzijde van de kraag, met daarop een adres. Ze woonde dus wel in de instelling!
Ik pakte haar jas, ging achter de stoel staan en duwde haar vastberaden naar het adres uit de kraag, door de wegbewijzering te volgen. Na veertien kreten, acht “neukmes” en zes “lafaards”, reed ik haar de oprit naar de voordeur op. Daar aangebeld, werd er opengedaan door een ouderwets jofel geklede, bebaarde groepsbegeleider, die me lief en glimlachend aankeek. “Is het weer zover?”, vroeg hij. Ik zocht naar de juiste woorden, maar hij praatte gewoon door. “Erg sociaal hoor, om haar toch nog even thuis te brengen.”
“Dat is toch het minste”, zei ik, nog steeds zoekend naar een passend begeleidend verhaal.
“Zou je denken?”, zei hij. “De meesten laten haar gewoon aan de schutting hangen!””